ECLI:NL:HR:2007:BB6372
Hoge Raad
- Herziening
- G.J.M. Corstens
- B.C. de Savornin Lohman
- J.W. Ilsink
- Rechtspraak.nl
Herziening van veroordelingen wegens diefstal en valsheid in documenten met persoonsverwisseling als grondslag
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 november 2007 uitspraak gedaan over een aanvrage tot herziening van eerdere veroordelingen van de aanvrager, die in 2005 en 2006 door de Politierechter en de Kantonrechter in Roermond waren uitgesproken. De aanvrager was veroordeeld voor diefstal en het in bezit hebben van een vals reisdocument, en kreeg een gevangenisstraf van vier weken en een geldboete van € 1.050,-. De aanvrage tot herziening is ingediend door mr. R.M. Berendsen, advocaat te Amsterdam, op basis van de stelling dat er sprake was van een persoonsverwisseling. De Hoge Raad heeft de aanvrage gegrond verklaard en de zaken verwezen naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor herbehandeling.
De Hoge Raad oordeelde dat de aanvrager, die bij zijn aanhouding in 2005 een andere naam had opgegeven, mogelijk niet de persoon was die de strafbare feiten had gepleegd. Dit werd ondersteund door aanvullend bewijs, waaronder vingerafdrukken die niet overeenkwamen met die van de aanvrager. De Hoge Raad concludeerde dat, indien de rechters in 2005 en 2006 op de hoogte waren geweest van deze feiten, zij de aanvrager waarschijnlijk zouden hebben vrijgesproken.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in strafzaken, vooral wanneer er twijfels zijn over de identiteit van de verdachte. De Hoge Raad heeft de tenuitvoerlegging van de eerdere vonnissen geschorst en de herziening van de zaak bevolen, zodat de aanvrager een eerlijke kans krijgt om zijn zaak opnieuw te laten beoordelen.