ECLI:NL:HR:2007:BB6184

Hoge Raad

Datum uitspraak
21 december 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
C06/204HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over vernietiging ontslag en matiging loonvordering

In deze zaak heeft [eiser] Van Gend & Loos B.V. gedagvaard voor de kantonrechter te Utrecht, waarbij hij vorderde om zijn salaris vanaf 7 mei 2002 te betalen, inclusief wettelijke verhogingen en vakantiegeld. De kantonrechter heeft op 26 februari 2003 de vordering toegewezen. Van Gend & Loos heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof heeft in zijn eindarrest van 27 april 2006 het vonnis van de kantonrechter vernietigd, maar heeft Van Gend & Loos veroordeeld tot betaling van 50% van het loon over de periode van 7 mei 2002 tot 10 januari 2005, vermeerderd met wettelijke verhogingen en vakantiebijslag.

Tegen deze uitspraak heeft [eiser] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda, die tot verwerping van het beroep strekte, gevolgd. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat nadere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Van Gend & Loos zijn begroot op € 176,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen op 21 december 2007 en openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

21 december 2007
Eerste Kamer
Nr. C06/204HR
MK/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: aanvankelijk mr. W.B. Teunis, thans mr. M.L. Kleyn,
t e g e n
VAN GEND & LOOS B.V.,
gevestigd te Houten,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. R.A.A. Duk.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en Van Gend & Loos.
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiser] heeft bij exploot van 27 augustus 2002 Van Gend & Loos gedagvaard voor de kantonrechter te Utrecht en gevorderd, kort gezegd, Van Gend & Loos te veroordelen om aan [eiser] te betalen het salaris vanaf 7 mei 2002 van € 1.781,-- bruto per maand, met de wettelijke verhoging als bedoeld in art. 7:625 BW, alsmede het vakantiegeld van 8% per jaar over het brutosalaris, met rente en kosten.
Van Gend & Loos heeft de vordering bestreden.
De kantonrechter heeft bij vonnis van 26 februari 2003 de vordering toegewezen.
Tegen dit vonnis heeft Van Gend & Loos hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Na tussenarresten van 21 oktober 2004 en 10 november 2005 heeft het hof bij eindarrest van 27 april 2006 het vonnis van de kantonrechter vernietigd, behalve voor wat betreft de proceskostenveroordeling en, in zoverre opnieuw rechtdoende, Van Gend & Loos veroordeeld om aan [eiser] te betalen 50% van het loon van € 1.781,-- bruto per maand over de periode van 7 mei 2002 tot 10 januari 2005, vermeerderd met 40% wettelijke verhoging en met 50% van de vakantiebijslag over het bruto loon van 8% per jaar, met rente.
Het tussenarrest van 10 november 2005 en het eindarrest van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen deze arresten van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Van Gend & Loos heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Van Gend & Loos begroot op € 176,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren P.C. Kop, als voorzitter, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 21 december 2007.