ECLI:NL:HR:2007:BB3931
Hoge Raad
- Cassatie
- L. Monné
- C.J.J. van Maanen
- J.W.M. Tijnagel
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de toepassing van het arbeidskostenforfait en de Nedeco-aftrek in de inkomstenbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 september 2007 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1997. De belanghebbende, die gedurende het gehele jaar in loondienst was en ingezetene van Nederland, had bezwaar gemaakt tegen de aanslag die door de Inspecteur was gehandhaafd. Het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch had het beroep van de belanghebbende gegrond verklaard en de uitspraak van de Inspecteur vernietigd, maar alleen voor wat betreft de inkomstenbelasting. De belanghebbende heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de belanghebbende aanspraak had op de Nedeco-aftrek voor de periode van 1 augustus tot en met 18 september. De Staatssecretaris van Financiën refereerde zich in zijn verweerschrift aan het oordeel van de Hoge Raad met betrekking tot de eerste klacht. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het Hof ten onrechte het arbeidskostenforfait niet in aanmerking heeft genomen voor de perioden waarin de belanghebbende geen aanspraak had op de Nedeco-aftrek.
De Hoge Raad heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak van het Hof vernietigd, en de aanslag verminderd tot een belastbaar inkomen van ƒ 102.497, met een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting. Tevens is de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1288 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is openbaar uitgesproken en de uitspraak van de Hoge Raad is aan de belanghebbende en de Staatssecretaris van Financiën bekendgemaakt.