ECLI:NL:HR:2007:BA9706

Hoge Raad

Datum uitspraak
7 september 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
R06/170HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging kinderalimentatie na echtscheiding

In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalige echtelieden over de wijziging van de kinderalimentatie. De moeder heeft op 7 december 2004 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Amsterdam, waarin zij verzocht om de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van hun kind, [kind 1], te bepalen op € 350,-- per maand, met ingang van 1 november 2004. De vader heeft dit verzoek bestreden. De rechtbank heeft op 28 december 2005 het verzoek van de moeder afgewezen. Hierop heeft de moeder hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof heeft op 31 augustus 2006 de beschikking van de rechtbank vernietigd en bepaald dat de vader met ingang van 7 december 2004 € 350,-- per maand dient te betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van [kind 1]. De vader heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking van het hof. De moeder heeft geen verweerschrift ingediend. De Advocaat-Generaal L. Timmerman heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep.

De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in het middel aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de vader verworpen, en deze beschikking is openbaar uitgesproken op 7 september 2007 door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, W.D.H. Asser en E.J. Numann.

Uitspraak

7 september 2007
Eerste Kamer
Rek.nr. R06/170HR
RM/IS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[De vader],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. C.A. Lucardie,
t e g e n
[De moeder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de vader en de moeder.
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 7 december 2004 ter griffie van de rechtbank Amsterdam ingediend verzoekschrift heeft de moeder zich gewend tot die rechtbank en - met wijziging van de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 29 mei 2002 - verzocht de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [kind 1] met ingang van 1 november 2004 te bepalen op € 350,-- per maand, althans op een zodanig bedrag als de rechtbank juist acht.
De vader heeft het verzoek bestreden.
De rechtbank heeft bij beschikking van 28 december 2005 het verzoek van de moeder afgewezen.
Tegen deze beschikking heeft de moeder hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Bij beschikking van 31 augustus 2006 heeft het hof de beschikking waarvan beroep vernietigd en, met wijziging van de beschikking van de rechtbank van 29 mei 2002, bepaald dat de vader met ingang van 7 december 2004 € 350,-- per maand dient te betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van [kind 1].
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft de vader beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De moeder heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 7 september 2007.