ECLI:NL:HR:2007:BA9621
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding tussen voormalige echtelieden wegens duurzame ontwrichting van het huwelijk
In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalige echtelieden over de echtscheiding die door de man is verzocht op grond van duurzame ontwrichting van hun huwelijk. Het verzoekschrift is op 10 februari 2006 ingediend bij de rechtbank Amsterdam. De vrouw heeft het verzoek bestreden, maar de rechtbank heeft op 5 juli 2006 de echtscheiding uitgesproken. De vrouw heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 11 januari 2007 de beschikking van de rechtbank heeft bekrachtigd. Tegen deze beslissing heeft de vrouw cassatie ingesteld. De man heeft verzocht het beroep te verwerpen, en de Advocaat-Generaal L. Strikwerda heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de vrouw verworpen, waarmee de eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof in stand blijven.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren P.C. Kop, als voorzitter, J.C. van Oven en F.B. Bakels, en is in het openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann op 16 november 2007.