ECLI:NL:HR:2007:BA8774
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Beroep op vervalbeding in algemene voorwaarden verzekeraar en de beperkende werking van redelijkheid en billijkheid
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 oktober 2007 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen NOWM VERZEKERINGEN N.V. en de curator van [A] B.V. De curator had NOWM gedagvaard voor de rechtbank Amsterdam, waarbij hij vorderingen had ingesteld tot schadevergoeding na een brand in het bedrijfspand van [A] B.V. De rechtbank had de vordering afgewezen, waarna de curator hoger beroep instelde. Het gerechtshof te Amsterdam verwierp de verweren van NOWM, waaronder het beroep op een vervalbeding in de algemene voorwaarden van de verzekering. NOWM stelde dat het recht op schadevergoeding was vervallen omdat de curator niet tijdig een rechtsvordering had ingesteld. Het hof oordeelde echter dat de curator binnen de gestelde termijn aanspraak had gemaakt op uitkering en dat NOWM niet redelijkerwijs kon verwachten dat de curator de polisvoorwaarden in de door NOWM bepleite zin zou opvatten. De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het hof en oordeelde dat NOWM niet kon volhouden dat de verzekeringsovereenkomst was vervallen. De Hoge Raad verwierp het beroep en veroordeelde NOWM in de kosten van het geding in cassatie, begroot op € 367,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest benadrukt de betekenis van redelijkheid en billijkheid in de context van verzekeringsrecht en de toepassing van vervalbedingen in algemene voorwaarden.