ECLI:NL:HR:2007:BA8454
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- J.B. Fleers
- C.A. Streefkerk
- W.M.E. Thomassen
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Beklag ex art. 13a Sv. bij Hoge Raad over niet-vervolging van oud-ministers voor ambtsmisdrijven rond de Schipholbrand
In deze zaak gaat het om een beklag dat is ingediend bij de Hoge Raad door klagers, vertegenwoordigd door mr. N.M.P. Steijnen, tegen de niet-vervolging van oud-ministers J.P.H. Donner en M.C.F. Verdonk. De klagers beschuldigen de ministers van ambtsmisdrijven in verband met de Schipholbrand die plaatsvond in oktober 2005, waarbij slachtoffers zouden zijn onderworpen aan wrede en onmenselijke behandeling. De klagers stellen dat de gedragingen van de ministers hebben geleid tot dood door schuld en medeplichtigheid aan zwaar lichamelijk letsel. De Hoge Raad heeft in deze zaak te oordelen over de ontvankelijkheid van het beklag, waarbij het van belang is dat de beslissing tot vervolging van politieke ambtsdragers exclusief aan de Kroon en de Tweede Kamer is voorbehouden, zoals vastgelegd in de Grondwet en andere relevante wetgeving.
De Hoge Raad oordeelt dat het beklag niet-ontvankelijk is, omdat de Hoge Raad niet bevoegd is om opdracht te geven tot vervolging van de genoemde ambtsmisdrijven. De beslissing tot vervolging ligt bij politieke organen, en de Hoge Raad kan in deze niet ingrijpen. Dit is in lijn met de parlementaire behandeling van de Grondwet, waarin is benadrukt dat de beoordeling van ambtsmisdrijven een politiek karakter heeft. De Hoge Raad verklaart de klagers niet-ontvankelijk in hun beklag, wat betekent dat er geen verdere stappen worden ondernomen in deze zaak.
De beschikking is gegeven door de president W.J.M. Davids, als voorzitter, en de overige rechters, en is openbaar uitgesproken op 19 oktober 2007.