ECLI:NL:HR:2007:BA8035
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de toepassing van de Coördinatiewet Sociale Verzekering en de PC privé-regeling
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 2 maart 2006, nr. 05/389 CSV, betreffende besluiten van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De zaak betreft correctienota's die zijn vastgesteld op basis van de Coördinatiewet Sociale Verzekering (CSV) over de jaren 2000 tot en met 2003. De Raad van bestuur heeft de bezwaren van belanghebbende gegrond verklaard voor de hoogte van de correctie over het jaar 2000, maar voor het overige ongegrond verklaard. Hierop heeft belanghebbende beroep ingesteld bij de Rechtbank te Arnhem, die het beroep ongegrond verklaarde. Vervolgens heeft belanghebbende hoger beroep ingesteld bij de Centrale Raad, die de uitspraak van de Rechtbank heeft bevestigd.
In cassatie heeft de Hoge Raad de zaak beoordeeld. De Raad oordeelt dat het oordeel van de Centrale Raad, dat de afspraken tussen belanghebbende en haar werknemers in het kader van een PC privé-regeling niet leiden tot een verlaging van het loon in de zin van artikel 4 van de CSV, geen blijk geeft van een onjuiste rechtsopvatting. De Hoge Raad stelt vast dat de middelen van belanghebbende niet tot cassatie kunnen leiden, omdat de klachten over de inhoud en toepassing van het beleid in het Besluit PC Privé buiten de cassatiegronden vallen. De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten en verklaart het beroep ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president D.G. van Vliet als voorzitter, en de raadsheren P. Lourens en E.N. Punt, en is openbaar uitgesproken op 29 juni 2007.