ECLI:NL:HR:2007:BA7223
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- E.J. Numann
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Cassatie over geschil in koopprijsberekening
In deze zaak heeft eiser [eiser] op 3 januari 2002 verweerster [verweerster] gedagvaard voor de rechtbank te Amsterdam. Hij vorderde primair een bedrag van ƒ 147.700,-- en subsidiair ƒ 48.565,--, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank heeft op 9 juni 2003 vonnis gewezen, waarbij verweerster werd veroordeeld tot betaling van € 23.202,54 (ƒ 51.131,67) met wettelijke rente. Verweerster ging in hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, waar eiser incidenteel hoger beroep instelde. Het hof heeft op 15 december 2005 het vonnis van de rechtbank vernietigd en verweerster veroordeeld tot betaling van € 3.281,74 met wettelijke rente, terwijl het meer of anders gevorderde werd afgewezen. Eiser heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld, waarbij de advocaat van eiser en de advocaat van verweerster, mr. R.L. Bakels, de zaak toelichtten. De Advocaat-Generaal J. Wuisman heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiser in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 2.081,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het middel niet tot cassatie konden leiden, zonder nadere motivering, aangezien deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.