ECLI:NL:HR:2007:BA6762
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over loondoorbetaling en matigingsbevoegdheid in arbeidsgeschil
In deze zaak gaat het om een arbeidsgeschil tussen [eiser] en Corio N.V. over de loondoorbetaling na een opzegging van de arbeidsovereenkomst. [Eiser] heeft Corio gedagvaard voor de rechtbank, sector kanton, Utrecht, met de vordering om te verklaren dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst op 11 juli 2003 nietig is. Daarnaast vorderde hij betaling van zijn salaris, vakantietoeslag en emolumenten, alsook een wettelijke verhoging op grond van artikel 7:625 BW. Corio heeft de vordering bestreden, waarna de kantonrechter op 2 februari 2005 de vordering afwees.
Hierop heeft [eiser] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof heeft op 19 januari 2006 het vonnis van de kantonrechter vernietigd en geoordeeld dat de opzegging nietig was. Corio werd veroordeeld om aan [eiser] het salaris en emolumenten te betalen voor de periode van 11 juli 2003 tot 11 oktober 2003. Tegen dit arrest heeft [eiser] cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda, die tot verwerping van het beroep strekte, gevolgd. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Corio zijn begroot op € 367,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is gedaan op 5 oktober 2007 door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein en F.B. Bakels, waarbij F.B. Bakels de uitspraak in het openbaar heeft gedaan.