ECLI:NL:HR:2007:BA1828
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- J.C. van Oven
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een arrest inzake aanbestedingsrecht en onrechtmatige overheidsdaad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 22 juni 2007 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil over de uitsluiting van gegadigden voor een niet-openbare aanbestedingsprocedure voor de verbreding van de A2. De Staat der Nederlanden had de aanmeldingen van Koninklijke Wegenbouw Stevin B.V. en andere vennootschappen, die tot hetzelfde concern behoren, terzijde gesteld op grond van een bepaling in het selectiedocument die stelde dat een onderneming zich slechts éénmaal als gegadigde mocht aanmelden. Stevin c.s. vorderden in kort geding dat de Staat hen zou toelaten tot de loting voor de inschrijvingsfase. De voorzieningenrechter wees de vordering af, maar het gerechtshof vernietigde dit vonnis en beval de Staat om de aanmeldingen van Stevin c.s. mee te nemen in de loting.
De Hoge Raad oordeelde dat de Staat onterecht had gehandeld door Stevin c.s. uit te sluiten. De Raad benadrukte dat het selectiedocument niet ondubbelzinnig was in de eisen die aan de aanmeldingen werden gesteld. De Hoge Raad stelde vast dat het niet is toegestaan om een onderneming uit te sluiten op de enkele grond dat zij voor de uitvoering van de opdracht middelen van derden wil inzetten. Dit is in strijd met het Europese aanbestedingsrecht, dat vereist dat gegadigden niet mogen worden uitgesloten op basis van de juridische banden met derden, zolang zij kunnen aantonen dat zij over de noodzakelijke middelen kunnen beschikken.
De Hoge Raad vernietigde het arrest van het gerechtshof en verwees de zaak naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens werden de kosten van het geding in cassatie aan Stevin c.s. opgelegd, begroot op € 462,05 aan verschotten en € 2.600,-- voor salaris.