ECLI:NL:HR:2007:BA0731
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Langlopend geschil over afwikkeling van een nalatenschap met betrekking tot schorsing van tenuitvoerlegging en cassatieberoep
In deze zaak gaat het om een langlopend geschil tussen twee partijen over de afwikkeling van een nalatenschap. De eisers, wonende in de Verenigde Staten en Venezuela, hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te Amsterdam. Dit arrest betreft de afwijzing van hun verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging van een eerder vonnis van de rechtbank te Amsterdam, waarin zij waren veroordeeld tot afgifte van goederen aan de verweerders, die in Israël, Zwitserland en de Verenigde Staten wonen. De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak van 16 maart 2007 de ontvankelijkheid van het cassatieberoep van de eisers tegen het tussenarrest van het hof verworpen, omdat dit geen tussentijds cassatieberoep mogelijk maakte. De Hoge Raad heeft ook het incidentele beroep van de verweerders verworpen en de kosten van het geding in cassatie toegewezen aan de verweerders. De zaak is complex door de verschillende procedures die zijn gevoerd, waaronder een kort geding en een bodemprocedure, en de Hoge Raad heeft benadrukt dat de splitsing van de berechting van samenhangende vorderingen onwenselijk kan zijn. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de rechtsontwikkeling en de rechtseenheid, vooral met betrekking tot de ontvankelijkheid van cassatieberoepen in dergelijke complexe zaken.