ECLI:NL:HR:2007:BA0575

Hoge Raad

Datum uitspraak
23 maart 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
R06/103HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afgewezen verzoek tot informatieverschaffing door faillissementscurator in aansprakelijkheidsprocedure

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 maart 2007 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een verzoek van een schuldeiser tot het verkrijgen van informatie van de faillissementscurator. De verzoeker, die in cassatie ging, had de curator gevraagd om bepaalde stukken uit de administratie van de gefailleerde onderneming, Agro Trainingscentrum Holland B.V., die op 7 juli 2004 in staat van faillissement was verklaard. De curator weigerde echter om aan dit verzoek te voldoen.

De verzoeker heeft vervolgens op 10 maart 2006 een verzoekschrift ingediend bij de rechter-commissaris, met het verzoek om de curator te bevelen de gevraagde stukken te verstrekken. De rechter-commissaris heeft dit verzoek op 8 mei 2006 afgewezen. Hierop heeft de verzoeker hoger beroep ingesteld bij de rechtbank 's-Gravenhage, die op 24 juli 2006 de beschikking van de rechter-commissaris heeft bekrachtigd, maar met verbetering van gronden.

Tegen deze beslissing heeft de verzoeker cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de klachten die in het cassatierekest zijn aangevoerd, niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat er geen noodzaak was voor nadere motivering, aangezien de klachten niet leidden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, waarmee de eerdere beslissingen van de lagere rechters in stand zijn gebleven.

Uitspraak

23 maart 2007
Eerste Kamer
Rek.nr. R06/103HR
RM/AT
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. F.Th.P. van Voorst,
t e g e n
A.A.S. MOSELE q.q.,
kantoorhoudende te Naaldwijk,
VERWEERDER in cassatie.
1. Het geding in feitelijke instanties
Bij vonnis van 7 juli 2004 heeft de rechtbank 's-Gravenhage Agro Trainingscentrum Holland B.V. in staat van faillissement verklaard, met benoeming van mr. E. Rabbie als rechter-commissaris en verweerder in cassatie als curator.
Verzoeker tot cassatie - verder te noemen: [verzoeker] - heeft de curator verzocht aan hem bepaalde stukken uit de administratie van de gefailleerde te verstrekken.
De curator heeft geweigerd aan dit verzoek te voldoen.
Bij verzoekschrift van 10 maart 2006 heeft [verzoeker] zich gewend tot die rechter-commissaris en verzocht de curator te bevelen de stukken aan hem ter beschikking te stellen.
Nadat de curator op het verzoek had gereageerd, heeft de rechter-commissaris bij beschikking van 8 mei 2006 het verzoek van [verzoeker] afgewezen.
Tegen deze beschikking heeft [verzoeker] hoger beroep ingesteld bij de rechtbank 's-Gravenhage.
Na behandeling van de zaak op 7 juli 2006, heeft de rechtbank bij beschikking van 24 juli 2006 de beschikking van de rechtbank, onder verbetering van gronden, bekrachtigd.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van de rechtbank heeft [verzoeker] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De curator heeft een verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren P.C. Kop, als voorzitter, A. Hammerstein en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 23 maart 2007.