ECLI:NL:HR:2007:AZ9677
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P.J. van Amersfoort
- P. Lourens
- A.R. Leemreis
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en vakliteratuur
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende tegen de uitspraken van het Gerechtshof te Leeuwarden, die betrekking hebben op navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor de jaren 1997 en 1998. De belanghebbende had aanvankelijk aanslagen ontvangen naar een belastbaar inkomen van ƒ 33.511 en ƒ 33.893. Na bezwaar werd de navorderingsaanslag voor 1997 vastgesteld op ƒ 35.397 en voor 1998 op ƒ 34.589, waarbij de aanslag voor 1998 na bezwaar werd verminderd. De belanghebbende ging in beroep tegen de uitspraken van het Hof, dat de beroepen ongegrond verklaarde. In cassatie werd door de belanghebbende aangevoerd dat het Hof had miskend dat er geen geschil was over de gemaakte kosten voor vakliteratuur, maar over de vraag of deze als vakliteratuur konden worden aangemerkt.
De Hoge Raad oordeelde dat de klacht van de belanghebbende slaagde. De Hoge Raad stelde vast dat de belanghebbende in bezwaar en beroep had gesteld dat hij betalingsbewijzen had getoond aan de controlerende ambtenaar, en dat deze stelling door de Inspecteur niet was bestreden. Het Hof had daarom niet mogen nalaten om een gemotiveerd oordeel te geven over de aard van de kostenpost. De Hoge Raad verklaarde het beroep ongegrond voor de uitspraak van het Hof met nr. 76/04, maar gegrond voor de uitspraak met nr. 75/04. De laatstgenoemde uitspraak werd vernietigd en het geding met betrekking tot de navorderingsaanslag over 1997 werd verwezen naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling.
De Hoge Raad gelastte tevens dat de Staat aan de belanghebbende het griffierecht van € 103 vergoedt. De proceskosten werden niet toegewezen, aangezien het verwijzingshof zal beoordelen of er een vergoeding voor de kosten van het geding voor het Hof moet worden toegekend.