ECLI:NL:HR:2007:AZ7904
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- Rechtspraak.nl
Huwelijksvermogensrecht en verdeling van huwelijksgemeenschap met betrekking tot erfenis en inboedel
In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalige echtelieden over de verdeling van hun huwelijksgemeenschap. De vrouw vorderde bij de rechtbank te Roermond dat zij een bedrag van ƒ 263.823,--, dat zij had geërfd, zou ontvangen voordat de gemeenschap werd verdeeld. De rechtbank oordeelde dat de vrouw met geërfd geld een bijdrage had geleverd aan de verbouwing van de echtelijke woning en dat de man aan de vrouw een bedrag van € 56.398,02 moest betalen, vermeerderd met wettelijke rente. De man ging in hoger beroep, maar het gerechtshof te 's-Hertogenbosch bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, met een kleine aanpassing in het bedrag dat de man aan de vrouw moest betalen.
De man stelde cassatie in, waarbij hij aanvoerde dat het hof onvoldoende had gemotiveerd waarom het de door hem aangevoerde grieven niet had behandeld. De Hoge Raad oordeelde dat het hof inderdaad niet was ingegaan op de stelling van de man dat de rechtbank een rekenfout had gemaakt en dat de vrouw een te hoog bedrag ontving. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het hof en verwees de zaak terug naar het hof voor verdere behandeling. De kosten van het geding in cassatie werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.
Deze uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering door de rechter en de noodzaak om alle relevante argumenten van partijen in overweging te nemen bij de beoordeling van geschillen over de verdeling van huwelijksgemeenschappen.