ECLI:NL:HR:2007:AZ4073
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot opheffing faillissement en toepassing schuldsaneringsregeling
In deze zaak hebben verzoekers tot cassatie, IBC Incassobemiddeling & Creditmanagement en haar vennoten, een verzoek ingediend tot opheffing van hun faillissement en gelijktijdig de toepassing van de schuldsaneringsregeling. De rechtbank te Haarlem verklaarde hen op 15 november 2005 in staat van faillissement, met benoeming van mr. R.J. Fransz tot curator. Op 3 april 2006 dienden de verzoekers een verzoekschrift in bij de rechtbank om het faillissement op te heffen en de schuldsaneringsregeling toe te passen. De rechtbank wees dit verzoek af op 27 juni 2006. Hierop hebben de verzoekers hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 1 augustus 2006 de uitspraak van de rechtbank gedeeltelijk vernietigde, maar IBC niet-ontvankelijk verklaarde in haar verzoek. Tegen deze uitspraak hebben de verzoekers cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft op 23 februari 2007 uitspraak gedaan in deze zaak. De raadsheren hebben de klachten van de verzoekers beoordeeld, maar kwamen tot de conclusie dat deze niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de verzoekers dan ook verworpen, waarmee de eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof in stand blijven.