ECLI:NL:HR:2007:AZ1656
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- J.P. Balkema
- B.C. de Savornin Lohman
- W.M.E. Thomassen
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Cassatie over teruggave van inbeslaggenomen hond na teruggave aan derde
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van verzoekster tegen een beschikking van de Rechtbank te Amsterdam, waarin het klaagschrift van klaagster, strekkende tot teruggave van een inbeslaggenomen hond, gegrond is verklaard. De hond was eerder in beslag genomen en door de Officier van Justitie zonder toepassing van artikel 116, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) teruggegeven aan verzoekster. Klaagster, die de hond oorspronkelijk in bezit had, heeft hiertegen beklag ingediend. De Hoge Raad oordeelt dat het beklag van klaagster het rechtskarakter heeft van een beklag omtrent het voornemen van de Officier van Justitie om in afwijking van de hoofdregel van artikel 116 Sv het inbeslaggenomen voorwerp aan een ander dan de beslagene terug te geven. De Hoge Raad stelt vast dat de Rechtbank de juiste maatstaf heeft aangelegd en dat het belang van de strafvordering zich niet meer verzet tegen teruggave aan klaagster. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep van verzoekster, omdat deze geen belang heeft bij de klacht dat haar niet is meegedeeld dat zij zelfstandig een klaagschrift kon indienen. De beslissing van de Rechtbank laat ieders rechten ten aanzien van de hond onverlet.