ECLI:NL:HR:2007:AX7299
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de winst uit zeescheepvaart en goed koopmansgebruik bij de afboeking van vergoedingen op aanschaffingskosten
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure die is ingesteld door belanghebbende tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 13 oktober 2005, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1997. De belanghebbende, die verschillende zeeschepen exploiteert, had een aanslag ontvangen die na bezwaar door de Inspecteur was verminderd. Het Hof verklaarde het beroep van belanghebbende gegrond en verlaagde de aanslag verder. De Staatssecretaris van Financiën heeft hiertegen beroep in cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft op 2 maart 2007 uitspraak gedaan. De raadsheren oordeelden dat de werkzaamheden die belanghebbende had verricht in verband met de bouw van een schip niet direct samenhangen met de exploitatie van dat schip, waardoor de ontvangen vergoeding niet als winst uit zeescheepvaart kon worden aangemerkt. Echter, de Hoge Raad oordeelde ook dat de vergoeding, die verband hield met de bouw van het schip, in mindering mag worden gebracht op de aanschaffingskosten van het schip, in overeenstemming met goed koopmansgebruik.
De Hoge Raad verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten, en verwees de zaak naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. Tevens werd de Minister van Financiën veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. Dit arrest benadrukt de nuances in de toepassing van het tonnageregime en de afboeking van vergoedingen op de aanschaffingskosten van bedrijfsmiddelen.