ECLI:NL:HR:2006:AZ1667
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- J.P. Balkema
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van beschikking wegens niet-naleving van openbare behandeling en uitspraak in beklagzaak
In deze zaak gaat het om een beklag als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door een klager die verzocht om teruggave van een in beslag genomen hond. De Rechtbank te Amsterdam heeft op 21 oktober 2005 het beklag ongegrond verklaard. De klager heeft hiertegen cassatie ingesteld, vertegenwoordigd door advocaten mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer. De Advocaat-Generaal Wortel heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft op 19 december 2006 de bestreden beschikking vernietigd. De Hoge Raad oordeelt dat de behandeling van het klaagschrift door de raadkamer niet in het openbaar heeft plaatsgevonden, zoals vereist door artikel 552a, zesde lid, van het Wetboek van Strafvordering. Dit artikel bepaalt dat de behandeling in het openbaar moet plaatsvinden en dat de beschikking ook in het openbaar moet worden uitgesproken. De Hoge Raad stelt vast dat het proces-verbaal van de behandeling in raadkamer niet vermeldt dat de behandeling openbaar was, en dat er geen bewijs is dat de bepalingen van artikel 22, tweede en derde lid, zijn nageleefd.
De Hoge Raad concludeert dat de niet-naleving van deze voorschriften leidt tot nietigheid van de behandeling en de beschikking. Daarom wordt de zaak terugverwezen naar de Rechtbank te Amsterdam, zodat het klaagschrift opnieuw kan worden behandeld en afgedaan. De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van de openbare behandeling en uitspraak in het strafrecht, en de gevolgen van het niet naleven van deze procedurele vereisten.