ECLI:NL:HR:2006:AY9317
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatigheid van zorgverzekeraars bij het aanbieden van modules voor rationeel voorschrijven van geneesmiddelen
In deze zaak hebben de eiseressen tot cassatie, Astrazeneca B.V. en andere fabrikanten van innovatieve merkgeneesmiddelen, Menzis en andere zorgverzekeraars aangeklaagd wegens het aanbieden van een module 'rationeel voorschrijven'. De eiseressen vorderden in kort geding dat Menzis hen zou verbieden deze module uit te voeren, omdat zij meenden dat dit in strijd was met het Reclamebesluit geneesmiddelen en de Wet tarieven gezondheidszorg. De voorzieningenrechter van de rechtbank te Arnhem weigerde de gevorderde voorziening, waarna de eiseressen in hoger beroep gingen. Het gerechtshof bekrachtigde het vonnis van de voorzieningenrechter, waarna de eiseressen cassatie instelden bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad oordeelde dat de regelgeving, waaronder het Reclamebesluit en de Wet tarieven gezondheidszorg, niet is bedoeld ter bescherming van de commerciële belangen van de fabrikanten van geneesmiddelen. De Hoge Raad bevestigde dat de module 'rationeel voorschrijven' van Menzis niet in strijd is met de genoemde regelgeving, omdat deze niet gericht is op het bevorderen van de verkoop van specifieke geneesmiddelen, maar op het stimuleren van doelmatig voorschrijfgedrag door huisartsen. De Hoge Raad verwierp het beroep van Astrazeneca c.s. en veroordeelde hen in de kosten van het geding in cassatie.
De uitspraak benadrukt het belang van de professionele autonomie van artsen en de rol van zorgverzekeraars in het bevorderen van doelmatige zorgverlening. De Hoge Raad concludeerde dat de door Astrazeneca c.s. gestelde schade niet onder de bescherming van de relevante regelgeving valt, en dat de zorgverzekeraars niet onrechtmatig hebben gehandeld door het aanbieden van de module.