ECLI:NL:HR:2006:AY8659
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over bewijsaanbod in vennootschapsbelastingzaak
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 21 juni 2005, betreffende aanslagen in de vennootschapsbelasting voor de jaren 1997 en 1998. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de opgelegde aanslagen, die respectievelijk waren verminderd tot ƒ 622.060 en gehandhaafd op ƒ 1.061.546. Het Hof had de beroepen ongegrond verklaard, waarop belanghebbende in cassatie ging. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof ten onrechte ongemotiveerd voorbijging aan het bewijsaanbod van belanghebbende. Dit bewijsaanbod was niet ingetrokken en het Hof had hierover niets vastgesteld of overwogen. De Hoge Raad verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens wordt de Staat veroordeeld tot vergoeding van griffierecht en proceskosten aan de zijde van belanghebbende. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken op 22 september 2006.