ECLI:NL:HR:2006:AX9386
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- P.C. Kop
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Verzekeringsgeschil over arbeidsongeschiktheidsverzekering en mededelingsplicht
In deze zaak gaat het om een geschil tussen een verzekeraar, N.V. Amersfoortse Algemene Verzekering Maatschappij, en een verzekeringsnemer, aangeduid als [eiser], over de nakoming van een arbeidsongeschiktheidsverzekering. De eiser heeft de verzekeraar gedagvaard voor de rechtbank te Utrecht, waarbij hij vorderingen heeft ingesteld tot nakoming van de betalingsverplichtingen voortvloeiend uit de verzekeringsovereenkomst. De eiser vorderde tevens wettelijke rente over de achterstallige uitkeringen en veroordeling van de verzekeraar in de proceskosten.
De verzekeraar heeft de vordering bestreden en in reconventie gevorderd de verzekeringsovereenkomst te vernietigen, met terugwerkende kracht, en heeft de eiser aangesproken tot terugbetaling van een bedrag van € 8.294,58, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft in haar vonnis van 9 april 2003 de vordering van de eiser in conventie afgewezen en de vordering van de verzekeraar in reconventie toegewezen, waarbij de eiser is veroordeeld tot betaling van € 8.475,90.
Tegen dit vonnis heeft de eiser hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 9 december 2004 het vonnis heeft bekrachtigd. Hierna heeft de eiser cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekte tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiser in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 362,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, zonder dat nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.