ECLI:NL:HR:2006:AW3041
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van wegvervoerder voor schade door diefstal van sigaretten tijdens vervoer
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, gaat het om de aansprakelijkheid van een wegvervoerder voor schade die is ontstaan door de diefstal van een lading sigaretten tijdens het vervoer naar Italië. De eiseressen, Philip Morris Holland B.V., AXA Colonia Versicherungs Aktiengesellschaft en Sun Insurance Company of New York, hebben cassatie ingesteld tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof te Amsterdam. De Hoge Raad heeft in een eerder arrest van 5 januari 2001 al een oordeel gegeven over de aansprakelijkheid van de vervoerder, [verweerster], en heeft de zaak naar het hof verwezen voor verdere behandeling.
De Hoge Raad heeft in deze zaak de vraag beantwoord of de vervoerder zich kan beroepen op de aansprakelijkheidsbeperkingen zoals vastgelegd in de CMR, met name artikel 23 lid 3 en artikel 29. De Hoge Raad oordeelt dat de chauffeurs van [verweerster] weliswaar onvoorzichtig hebben gehandeld, maar dat dit niet betekent dat de kans op diefstal aanzienlijk groter was dan de kans dat dit niet zou gebeuren. Hierdoor kan [verweerster] zich beroepen op schadelimitering.
Daarnaast hebben de eiseressen een bedrag gevorderd ter zake van door hen betaalde douanerechten, die zij moesten voldoen als gevolg van de diefstal. Het hof heeft deze vordering afgewezen, omdat de gevorderde kosten niet onder de 'douanerechten' vallen zoals bedoeld in artikel 23 lid 4 CMR. De Hoge Raad bevestigt deze uitleg en oordeelt dat de kosten die voortvloeien uit het douanerechtelijk regime niet onder de kosten van het vervoer vallen.
De Hoge Raad verwerpt het beroep van Philip Morris c.s. en veroordeelt hen in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en een aantal raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 14 juli 2006.