ECLI:NL:HR:2006:AV9444
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Ontkenning van vaderschap en kostenveroordeling van de bijzondere curator
In deze zaak gaat het om de ontkenning van vaderschap door de man, die zich tot de rechtbank heeft gewend met het verzoek om zijn vaderschap van het kind te ontkennen. De rechtbank heeft de man in eerste instantie ontvankelijk verklaard in zijn verzoek en dit verzoek toegewezen, maar de bijzondere curator, die was benoemd over het kind, heeft hoger beroep ingesteld. Het gerechtshof heeft een bloedonderzoek gelast om vast te stellen of de man de biologische vader van het kind is. De kosten van dit onderzoek zouden in eerste instantie voor rekening van de man komen. Het hof heeft uiteindelijk geoordeeld dat de man niet de biologische vader is en heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, maar de kosten van het deskundigenonderzoek zijn ten laste van de bijzondere curator gelegd. De curator heeft cassatie ingesteld tegen deze beslissing.
De Hoge Raad heeft de beschikking van het hof vernietigd en het geding verwezen naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de kostenveroordeling van de curator niet gerechtvaardigd was, aangezien de curator in zijn hoedanigheid als vertegenwoordiger van het kind niet persoonlijk verantwoordelijk kan worden gehouden voor de kosten van het deskundigenonderzoek. De Hoge Raad benadrukte dat de kosten van de procedure ten laste van het kind komen en dat de curator slechts als vertegenwoordiger optreedt. De beslissing van het hof om de curator in de kosten te veroordelen werd als onbegrijpelijk beschouwd, omdat het hof niet voldoende feiten had vastgesteld die deze kostenveroordeling konden rechtvaardigen.