ECLI:NL:HR:2006:AV9442
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheidsincident en vernietiging van de beslissing tot ontvankelijkverklaring van hoger beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 juli 2006 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Hampden Insurance N.V. (voorheen Sampo Industrial Insurance N.V.) en Mondial Freight (H.K.) Limited. Hampden had Mondial Freight gedagvaard voor de rechtbank te Haarlem, waarbij zij een schadevergoeding van € 43.882,97 vorderde in verband met een luchtvracht van boeken. Mondial Freight betwistte de bevoegdheid van de rechtbank en stelde een exceptie van onbevoegdheid op. De rechtbank verwierp deze exceptie bij tussenvonnis van 26 november 2002 en verwees de hoofdzaak naar de rol voor voortprocederen.
Mondial Freight ging in hoger beroep tegen dit tussenvonnis bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof oordeelde op 30 juni 2005 dat Mondial Freight ontvankelijk was in haar hoger beroep, ondanks dat het vonnis een tussenvonnis was en er geen expliciete mogelijkheid voor tussentijds hoger beroep was gegeven. Hampden stelde cassatie in tegen dit arrest, wat leidde tot de huidige procedure.
De Hoge Raad oordeelde dat de beslissing van het hof niet in stand kon blijven. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het gerechtshof en verklaarde Mondial Freight niet-ontvankelijk in haar hoger beroep tegen het tussenvonnis van de rechtbank. De Hoge Raad benadrukte dat een uitspraak in een incident waarin de rechter een beroep op zijn onbevoegdheid verwerpt, een tussenuitspraak is en dat tussentijds hoger beroep daarvan uitgesloten is, tenzij de rechter anders heeft bepaald. De Hoge Raad concludeerde dat er geen uitzondering op deze regel kon worden gemaakt op gronden van processuele doelmatigheid, omdat dit de rechtszekerheid zou ondermijnen. Mondial Freight werd veroordeeld in de proceskosten.