ECLI:NL:HR:2006:AV0652

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 april 2006
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C05/049HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over de verschuldigdheid van een factuur voor ter beschikking gestelde arbeidskrachten

In deze zaak gaat het om een geschil tussen Redaco B.V. en Multiwal B.V. over de betaling van een factuur voor tijdelijke arbeidskrachten. Redaco, de eiseres tot cassatie, heeft Multiwal gedagvaard voor de rechtbank te Rotterdam en vorderde betaling van een bedrag van ƒ 41.544,69, vermeerderd met wettelijke rente. Multiwal heeft de vordering bestreden en in reconventie gevorderd dat Redaco zekerheid stelt voor mogelijke aanspraken ter zake van loonbelasting en sociale premies. De rechtbank heeft in haar eindvonnis van 25 juni 2003 de vordering van Redaco toegewezen, maar het gerechtshof te 's-Gravenhage heeft dit vonnis op 30 november 2004 vernietigd en de vordering afgewezen.

De Hoge Raad heeft de zaak in cassatie behandeld en geconcludeerd dat het hof onbegrijpelijk heeft geoordeeld over de grondslag van de vordering van Redaco. De Hoge Raad oordeelt dat Redaco voldoende heeft aangetoond dat er een overeenkomst tot stand is gekomen tussen haar en Multiwal, en dat de vordering tot betaling van de factuur niet zonder meer kon worden afgewezen. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof en verwijst de zaak naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling.

De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van de motivering van vorderingen en de noodzaak om de feiten en omstandigheden die tot een overeenkomst leiden, goed te onderbouwen. De kosten van het geding in cassatie worden aan Multiwal opgelegd, begroot op € 718,11 aan verschotten en € 2.600,-- voor salaris.

Uitspraak

14 april 2006
Eerste Kamer
Nr. C05/049HR
RM
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
REDACO B.V.,
gevestigd te Moordrecht,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. J. Wuisman,
t e g e n
MULTIWAL B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot cassatie - verder te noemen: Redaco - heeft bij exploot van 17 december 2001 verweerster in cassatie - verder te noemen: Multiwal - gedagvaard voor de rechtbank te Rotterdam en gevorderd Multiwal te veroordelen aan Redaco te betalen een bedrag van ƒ 41.544,69, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 oktober 2001 tot aan de dag der algehele voldoening.
Multiwal heeft de vordering bestreden en harerzijds in voorwaardelijke reconventie gevorderd Redaco te veroordelen tot, kort gezegd, het stellen van zekerheid voor het geval Multiwal, na betaling aan Redaco, alsnog zou worden aangesproken ter zake van loonbelasting, omzetbelasting en sociale premies.
Redaco heeft deze voorwaardelijke vordering van Multiwal bestreden.
Na een ingevolge een tussenvonnis van 7 maart 2002 op 16 mei 2002 gehouden comparitie van partijen heeft de rechtbank bij eindvonnis van 25 juni 2003, in conventie, Multiwal veroordeeld aan Redaco te betalen een bedrag van € 17.377,96 (ƒ 38.295,98) inclusief BTW, vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 24 oktober 2001. Voorts heeft de rechtbank het meer of anders in conventie gevorderde alsmede de vordering in reconventie afgewezen.
Tegen het eindvonnis heeft Multiwal hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.
Bij arrest van 30 november 2004 heeft het hof het bestreden vonnis van de rechtbank vernietigd en, opnieuw rechtdoende, in conventie de vordering afgewezen en in reconventie vastgesteld dat de voorwaarde waaronder die vordering is ingesteld niet is vervuld.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft Redaco beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen de niet verschenen Multiwal is verstek verleend.
De zaak is voor Redaco toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot vernietiging en verwijzing.
3. Beoordeling van het middel
3.1 In cassatie kan worden uitgegaan van het volgende.
(i) In augustus 2001 is Multiwal wegens een tekort aan montagepersoneel op zoek gegaan naar tijdelijke arbeidskrachten.
(ii) Via bemiddeling door [betrokkene 1], de buurman van een van de medewerkers van Multiwal, zijn aan Multiwal arbeidskrachten ter beschikking gesteld.
(iii) Per fax van 31 augustus 2001 van Multiwal aan [A] Installatiebedrijf is de inlening door Multiwal van twee medewerkers vanaf 3 september 2001 bevestigd.
(iv) [Betrokkene 1] is directeur/aandeelhouder van zowel [A] Installatiebedrijf als Redaco.
(v) De arbeidskrachten hebben van 3 september 2001 tot en met de eerste week van oktober 2001 werkzaamheden voor Multiwal verricht.
(vi) De kosten hiervan zijn bij factuur van 10 oktober 2001 door Redaco bij Multiwal in rekening gebracht.
3.2 Aan haar hiervoor in 1 vermelde vordering heeft Redaco ten grondslag gelegd dat zij de twee arbeidskrachten aan Multiwal ter beschikking heeft gesteld en dat Multiwal de hierop betrekking hebbende factuur van 10 oktober 2001 dient te voldoen. De rechtbank heeft bij eindvonnis van 25 juni 2003 die vordering toegewezen, daartoe onder meer overwegende dat de wijze waarop de overeenkomst tot terbeschikkingstelling van de arbeidskrachten tot stand is gekomen, namelijk via [betrokkene 1], meebrengt dat Multiwal op voorhand akkoord ging met een door [betrokkene 1] in te schakelen derde en dat Multiwal deze als contractspartij zou accepteren. Het hof heeft het vonnis vernietigd en de vordering van Redaco alsnog afgewezen. Het hof overwoog daartoe het volgende:
"3. In conventie vordert Redaco betaling van aan Multiwal uitgeleende arbeidskrachten. Zij legt aan deze vordering niet ten grondslag dat Multiwal tot betaling verplicht is op grond van een daartoe tussen partijen gesloten overeenkomst. Zij stelt slechts dat haar directeur [betrokkene 1], die door een medewerker van Multiwal is benaderd voor het ter beschikking stellen van arbeidskrachten, duidelijk heeft gemaakt dat hij niet voor zichzelf optrad maar door middel van één van zijn vennootschappen; zij stelt niet dat deze vennootschap Redaco was. Ook overigens ontbreekt in de stellingen van Redaco een grondslag die haar vordering kan dragen."
3.3 Het eerste onderdeel keert zich met een motiveringsklacht tegen de overweging dat Redaco aan haar vordering niet ten grondslag zou hebben gelegd dat Multiwal tot betaling verplicht is op grond van een daartoe tussen partijen gesloten overeenkomst. Het onderdeel slaagt, omdat in het licht van de in het onderdeel vermelde stellingen inderdaad onbegrijpelijk is de overweging, dat Redaco aan haar vordering tot betaling van de aan Multiwal gezonden factuur niet een overeenkomst tussen haar en Multiwal ten grondslag zou hebben gelegd.
3.4 Onderdeel 2 is gericht tegen het oordeel van het hof dat erop neerkomt dat Redaco door slechts te stellen dat haar directeur [betrokkene 1], die door een medewerker van Multiwal is benaderd voor het ter beschikking stellen van arbeidskrachten, duidelijk heeft gemaakt dat hij niet voor zichzelf optrad maar door middel van één van zijn vennootschappen, zonder tevens te stellen dat deze vennootschap Redaco was, niet aan haar stelplicht heeft voldaan, terwijl ook overigens in de stellingen van Redaco een grondslag die haar vordering kan dragen ontbreekt. Ook deze klacht treft doel. Redaco heeft de stelling dat tussen haar en Multiwal een overeenkomst is totstandgekomen voldoende gemotiveerd door daartoe de in het onderdeel genoemde feiten en omstandigheden aan te voeren, die, indien zij komen vast te staan, tot het rechtsgevolg kunnen leiden dat door bemiddeling van [betrokkene 1] een overeenkomst tot terbeschikkingstelling van arbeidskrachten tussen Multiwal en een door [betrokkene 1] in te schakelen wederpartij is totstandgekomen, wier identiteit eerst later aan Multiwal bekend zou worden gemaakt, en wel door de vermelding daarvan in de ter zake van de terbeschikkingstelling aan Multiwal te zenden factuur.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
vernietigt het arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 30 november 2004;
verwijst het geding naar het gerechtshof te Amsterdam ter verdere behandeling en beslissing;
veroordeelt Multiwal in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Redaco begroot op € 718,11 aan verschotten en € 2.600,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren R. Herrmann, in buitgewone dienst, P.C. Kop, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 14 april 2006.