ECLI:NL:HR:2006:AV0049
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Geschil over de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst en de vernietigbaarheid van een bindend advies
In deze zaak gaat het om een geschil over de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst die strekt tot een bindend advies, alsook over de vernietigbaarheid van dat bindend advies. De zaak is ontstaan toen [betrokkene 1] op 15 maart 1996 de rechtsvoorgangster van de verweerster in cassatie, Groenteveiling Westland, gedagvaard heeft. [Betrokkene 1] vorderde onder andere een verklaring voor recht dat Groenteveiling Westland onrechtmatig heeft gehandeld door andere leden toe te laten tomaten te veilen onder het merk "Prominent" en hem te verbieden dit te doen. De rechtbank te 's-Gravenhage verklaarde [betrokkene 1] bij vonnis van 12 maart 1997 niet-ontvankelijk in zijn vordering. Hierop heeft [betrokkene 1] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.
Groenteveiling Westland heeft in de tussentijd een juridische fusie ondergaan en is opgegaan in Coöperatie Voedings Tuinbouw Nederland U.A. (VTN). Het hof heeft in een eindarrest van 14 oktober 2004 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Tegen zowel het tussenarrest als het eindarrest hebben de eisers tot cassatie, als erfgenamen van [betrokkene 1], beroep in cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus strekte tot niet-ontvankelijkverklaring van [eiser] in zijn cassatieberoep voor zover dit gericht was tegen het tussenarrest, en tot verwerping van het beroep voor het overige.
De Hoge Raad heeft het beroep uiteindelijk verworpen en [eiser] in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De in de middelen aangevoerde klachten konden niet tot cassatie leiden, en de Hoge Raad oordeelde dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit arrest is gewezen op 14 april 2006.