ECLI:NL:HR:2006:AU3715
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Verzekeringsrecht en devolutieve werking hoger beroep in samenloop van WAM-verzekeringen
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, draait het om de vraag wie verantwoordelijk is voor de schade die is ontstaan na een aanrijding met een leenauto, bestuurd door een bestuurder met een te hoog alcoholpromillage. Eiseres tot cassatie, London Verzekeringen N.V., had Aegon Schadeverzekering N.V. gedagvaard om dekking te verkrijgen voor de schade die door een derde was geleden. De rechtbank te 's-Gravenhage had eerder de vordering van London afgewezen, waarna het gerechtshof het vonnis van de rechtbank vernietigde en de vorderingen van London opnieuw afwees. London heeft cassatie ingesteld tegen dit arrest van het hof, terwijl Aegon voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep heeft ingesteld.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en zich geconcentreerd op de vraag of de uitsluiting van dekking in de WAM-verzekering van Aegon van toepassing was, gezien het feit dat de bestuurder ten tijde van het ongeval niet wettelijk bevoegd was om een voertuig te besturen. De Hoge Raad oordeelde dat het hof de devolutieve werking van het hoger beroep had miskend door niet te onderzoeken of Aegon aan een toezegging van haar gevolmachtigd agent gebonden was. Tevens werd de reikwijdte van de uitsluiting van dekking in de WAM-verzekering besproken, waarbij de Hoge Raad concludeerde dat de bestuurder niet automatisch zijn rijbevoegdheid verliest door het overtreden van de alcoholwetgeving.
De Hoge Raad vernietigde het arrest van het gerechtshof en verwees de zaak naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Aegon werd veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, terwijl het incidentele beroep van Aegon werd verworpen.