ECLI:NL:HR:2005:AU6889
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslag vennootschapsbelasting en proceskosten
In deze zaak gaat het om een navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting die aan belanghebbende, X B.V., is opgelegd voor het jaar 1999. De aanslag bedraagt ƒ 21.978.829 en is na bezwaar door de Inspecteur gehandhaafd. Belanghebbende heeft hiertegen beroep aangetekend bij het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat het beroep gegrond verklaarde. De Staatssecretaris van Financiën heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en het beroep in cassatie ongegrond verklaard. De Hoge Raad oordeelde dat het middel niet tot cassatie kan leiden, omdat het geen rechtsvragen oproept die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de uitspraak van het Hof in stand blijft.
Daarnaast heeft de Hoge Raad de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de proceskosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 322 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De Staat is aangewezen als de rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden. Het arrest is gewezen op 25 november 2005 door de vice-president en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken.