ECLI:NL:HR:2005:AU5976
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling zonder schone lei
In deze zaak gaat het om de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van verzoekster, die in 2002 was verklaard door het gerechtshof te Amsterdam. De rechtbank te Amsterdam benoemde op 14 januari 2002 een rechter-commissaris en een bewindvoerder. De rechter-commissaris heeft vervolgens voorgedragen om de schuldsaneringsregeling te beëindigen. Op 23 februari 2005 heeft de rechtbank de voordracht tot beëindiging afgewezen en de termijn van de schuldsanering vastgesteld op drie jaar, tot 14 januari 2005. Verzoekster heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 14 juni 2005 de uitspraak van de rechtbank heeft bekrachtigd. Verzoekster heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Advocaat-Generaal J. Spier heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 11 november 2005 geoordeeld dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep, en deze beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.