ECLI:NL:HR:2005:AU4839
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Braak en inklimming bij poging tot diefstal in garagebedrijf
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 29 november 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte was veroordeeld voor poging tot diefstal door middel van braak en inklimming. De feiten betroffen een incident op 5 juni 1997, waarbij de verdachte samen met een ander een auto wilde stelen uit een garagebedrijf. De verdachte had een ruit uit een roldeur verwijderd om toegang te krijgen tot het pand. Het Hof had geoordeeld dat dit handelen als 'braak' kon worden gekwalificeerd, wat door de verdachte werd betwist in cassatie. De Hoge Raad oordeelde dat het oordeel van het Hof niet onbegrijpelijk was en dat de kwalificatie van 'braak' correct was. De Hoge Raad verwierp het beroep van de verdachte, omdat de middelen tot cassatie niet konden leiden tot vernietiging van de bestreden uitspraak. De beslissing van het Hof werd daarmee bevestigd, en de verdachte bleef veroordeeld tot vier weken gevangenisstraf en een betalingsverplichting aan de benadeelde partij.