ECLI:NL:HR:2005:AU2720
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag omzetbelasting en vrijstelling kansspelen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de vennootschap onder firma Amusementspaleis "X" tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 23 mei 2003, betreffende een naheffingsaanslag in de omzetbelasting. De naheffingsaanslag, opgelegd over het tijdvak van 1 januari 1994 tot en met 31 december 1996, bedroeg ƒ 1.085.580, met een verhoging van de nageheven belasting van honderd procent. De Inspecteur verleende echter kwijtschelding tot vijftig procent bij het vaststellen van de aanslag. Na bezwaar van de belanghebbende handhaafde de Inspecteur de naheffingsaanslag en de beschikking inzake de verhoging bij gezamenlijke uitspraak.
De belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat het beroep ongegrond verklaarde. Tegen deze uitspraak heeft de belanghebbende cassatie ingesteld. De Staatssecretaris van Financiën diende een verweerschrift in, waarop de belanghebbende een conclusie van repliek indiende. De Advocaat-Generaal W. de Wit concludeerde op 7 juli 2005 dat er geen grond was voor cassatie.
De Hoge Raad beoordeelt de middelen en concludeert dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad acht ook geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk verklaart de Hoge Raad het beroep ongegrond. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.E.M. van der Putt-Lauwers als voorzitter, en de raadsheren P. Lourens, C.B. Bavinck, J.W. van den Berge en E.N. Punt, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en is openbaar uitgesproken op 21 oktober 2005.