ECLI:NL:HR:2005:AT9060
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Bevel tot medewerking aan verlaging bankgarantie in kort geding na vergaan vaartuig
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 november 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen de vennootschap naar Deens recht, Rohde Nielsen A/S, en verschillende vennootschappen gevestigd te Raamsdonksveer, gezamenlijk aangeduid als De Donge. De zaak betreft een kort geding waarin Rohde Nielsen werd bevolen om mee te werken aan de verlaging van een door De Donge gestelde bankgarantie, nadat het vaartuig Machiavelli, dat onderwerp was van een huurovereenkomst met een koopoptie, was vergaan. De voorzieningenrechter had eerder de vordering van De Donge toegewezen, maar Rohde Nielsen ging in hoger beroep. Het gerechtshof bekrachtigde het vonnis van de voorzieningenrechter, waarna Rohde Nielsen cassatie instelde.
De Hoge Raad overwoog dat het vergaan van de Machiavelli De Donge een voordeel had opgeleverd, omdat zij een verzekeringsuitkering ontving, terwijl Rohde Nielsen haar koopoptie verloor. De Hoge Raad concludeerde dat er geen causaal verband was tussen het voordeel van De Donge en het nadeel van Rohde Nielsen, waardoor Rohde Nielsen geen vorderingsrecht kon ontlenen aan de regels van ongerechtvaardigde verrijking. De Hoge Raad verwierp het beroep van Rohde Nielsen en oordeelde dat de belangenafweging door het hof correct was uitgevoerd. De kosten van het geding in cassatie werden aan Rohde Nielsen opgelegd.
Deze uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige belangenafweging in kort geding procedures, vooral bij conservatoir beslag en de beoordeling van vorderingen die nog niet in de bodemprocedure zijn vastgesteld.