ECLI:NL:HR:2005:AT8314
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- J.W. Ilsink
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Uitleg van het begrip 'geld' in de Landsverordening strafbaarstelling witwassen van geld
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 september 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De verdachte, geboren op Curaçao, was in hoger beroep vrijgesproken van verschillende tenlasteleggingen, waaronder het opzettelijk witwassen van geld. Het Hof had geoordeeld dat de verdachte niet wist dat het geld, dat door de Stichting was ontvangen, afkomstig was van misdrijf, en dat er geen opzet aanwezig was. De Hoge Raad heeft de uitleg van het begrip 'geld' in de Landsverordening strafbaarstelling witwassen van geld behandeld. De Hoge Raad concludeerde dat onder 'geld' moet worden verstaan hetgeen volgens algemeen spraakgebruik daaronder moet worden begrepen. Dit houdt in dat wat onder 'geld' valt, ook kan worden gebracht onder andere omschrijvingen zoals 'geldswaardige papieren' en 'vorderingen'. Deze uitleg is in lijn met de bedoeling van de wetgever om een effectieve bestrijding van witwassen te waarborgen, ongeacht de verschijningsvorm van de gelden. De Hoge Raad heeft het beroep van de verdachte verworpen, omdat de middelen niet tot cassatie konden leiden. De uitspraak van het Hof werd bevestigd, en de verdachte bleef veroordeeld tot vijftien maanden gevangenisstraf, waarvan vijf maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.