ECLI:NL:HR:2005:AT8300
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- J.P. Balkema
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van het beroep in cassatie tegen veroordeling voor overtredingen van de Wegenverkeerswet en de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 september 2005 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van een verdachte die was veroordeeld door het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte was eerder door de Politierechter veroordeeld voor meerdere overtredingen van de Wegenverkeerswet 1994 en de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen. De veroordeling betrof onder andere het rijden zonder verzekering en overtredingen van verkeersregels. De Hoge Raad oordeelde dat er geen beroep in cassatie openstond tegen de veroordeling voor de overtreding van artikel 30 van de Wegenverkeerswet, omdat de opgelegde geldboete van € 250,- onder de drempel valt waarvoor cassatie mogelijk is. De verdachte had bovendien niet tijdig een schriftuur met middelen van cassatie ingediend, waardoor hij niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn beroep. De Advocaat-Generaal had eerder geconcludeerd dat de verdachte niet-ontvankelijk moest worden verklaard voor de veroordeling ter zake van de overtreding onder 3, en dat het beroep voor het overige verworpen moest worden. De Hoge Raad bevestigde deze conclusie en verklaarde de verdachte niet-ontvankelijk in het beroep.