ECLI:NL:HR:2005:AT7328
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- E.J. Numann
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Arrest inzake onrechtmatige daad en vordering tot ontbinding van koopovereenkomst
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 juli 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarbij [eiser] in beroep ging tegen eerdere uitspraken van de lagere rechters. De zaak betreft een vordering tot ontbinding van een koopovereenkomst en de vraag of [verweerder 1] en Charter Maatschappij Holland B.V. (voorheen Jachtwerf Neptunus B.V.) onrechtmatig hebben gehandeld jegens [eiser]. De Hoge Raad verwijst naar een eerder arrest van 21 december 2001, waarin het gerechtshof te 's-Gravenhage een eerdere beslissing had vernietigd en de zaak had verwezen naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling.
In de procedure na verwijzing heeft het hof geoordeeld dat [verweerder 1] en Neptunus niet onrechtmatig hebben gehandeld. Dit oordeel is gebaseerd op de overweging dat zij niet hoefden te anticiperen op de mogelijkheid dat de vordering van [eiser] tot ontbinding van de koopovereenkomst zou worden toegewezen. De Hoge Raad heeft de conclusie van het hof bevestigd en geoordeeld dat de stellingen van [eiser] onvoldoende waren om aan te nemen dat [verweerder 1] en Neptunus onrechtmatig hebben gehandeld. De Hoge Raad heeft het beroep van [eiser] verworpen en hem veroordeeld in de proceskosten van het geding in cassatie.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor eiser om voldoende bewijs te leveren voor zijn vordering en dat de omstandigheden ten tijde van de verweten handelingen bepalend zijn voor de beoordeling van onrechtmatigheid. De Hoge Raad heeft de eerdere oordelen van de lagere rechters bevestigd en de vordering van [eiser] afgewezen.