ECLI:NL:HR:2005:AT7234

Hoge Raad

Datum uitspraak
23 augustus 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
01008/05 H
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Herziening
Rechters
  • C.J.G. Bleichrodt
  • J.P. Balkema
  • H.A.G. Splinter-van Kan
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van een vonnis inzake motorrijtuigenverzekering

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 augustus 2005 uitspraak gedaan over een aanvrage tot herziening van een eerder vonnis van de Rechtbank te Amsterdam. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. A.J. van Ommeren, had verzocht om herziening van een vonnis dat op 25 maart 2003 was uitgesproken. Dit vonnis betrof een veroordeling voor het niet hebben van een verzekering voor een motorrijtuig op 28 juli 1999. De aanvrager stelde dat er op die datum wel degelijk een verzekering van kracht was, zoals blijkt uit een verklaring van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, die aan de aanvrage was gehecht.

De Hoge Raad heeft de aanvrage tot herziening gegrond verklaard, en daarbij de opschorting van de tenuitvoerlegging van het eerdere vonnis bevolen. De zaak is vervolgens verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor een nieuwe behandeling, zoals voorzien in artikel 467, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad oordeelde dat er ernstige twijfels bestonden over de juistheid van de eerdere veroordeling, en dat de Rechtbank, indien zij op de hoogte was geweest van de nieuwe informatie, mogelijk tot een vrijspraak zou zijn gekomen.

De conclusie van de Advocaat-Generaal Machielse was dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zou verklaren en de zaak zou verwijzen voor herbehandeling. De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van nieuwe feiten en omstandigheden in het herzieningsproces, en de mogelijkheid voor de rechter om eerdere beslissingen te heroverwegen op basis van nieuwe informatie.

Uitspraak

23 augustus 2005
Strafkamer
nr. 01008/05 H
SM
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op een aanvrage tot herziening van een in kracht van gewijsde gegaan vonnis van de Rechtbank te Amsterdam van 25 maart 2003, nummer 13/621698-00, ingediend door mr. A.J. van Ommeren, advocaat te Amsterdam, namens:
[Aanvrager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1953, wonende te [woonplaats].
1. De uitspraak waarvan herziening is gevraagd
De Rechtbank heeft in hoger beroep - met vernietiging van een bij verstek gewezen vonnis van de Kantonrechter te Amsterdam van 6 februari 2001 - de aanvrager ter zake van "als degene aan wie het kenteken is opgegeven voor een motorrijtuig waarvoor een kentekenbewijs is afgegeven niet een verzekering overeenkomstig de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen sluiten en in stand houden", gepleegd op 28 juli 1999 met het motorvoertuig voorzien van het kenteken [AA-00-BB], veroordeeld tot twee weken hechtenis, met ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren.
2. De aanvrage tot herziening
2.1. De aanvrage tot herziening is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
2.2. De aanvrage berust op de stelling dat sprake is van een omstandigheid als bedoeld in art. 457, eerste lid aanhef en onder 2°, Sv, aangezien uit de aan de aanvrage gehechte verklaring blijkt dat op 28 juli 1999 voor het motorvoertuig met het kenteken [AA-00-BB] wel een verzekering overeenkomstig de WAM van kracht was.
3. De conclusie van de Advocaat-Generaal
De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zal verklaren, voorzover nodig de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Rechtbank zal bevelen en de zaak zal verwijzen naar het Gerechtshof te Amsterdam, opdat de zaak zal worden behandeld en afgedaan op de wijze als in art. 467, eerste lid, Sv is voorzien.
4. Beoordeling van de aanvrage
4.1. Bij de aanvrage is overgelegd een verklaring van 11 december 2003 van Delta Lloyd Schadeverzekering NV te Amsterdam, welke verklaring inhoudt:
"Het navolgende vormt de door u gevraagde verklaring ex artikel 34 WAM.
Ter voldoening aan het gestelde in artikel 34, lid 2 van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) verklaart
DELTA LLOYD SCHADEVERZEKERING NV, Spaklerweg 4, 1000 BA Amsterdam, codenummer CRWAM: [001] hierbij dat op 28.07.1999 voor het motorrijtuig, voorzien van het kenteken [AA-00-BB], een verzekering van kracht was welke aan de, op die datum, door of krachtens de WAM gestelde eisen voldeed en is gesloten onder polisnummer [002] en dat het CRWAM, voorzover noodzakelijk, is aangevuld dan wel gecorrigeerd."
4.2. Aan de inhoud van dit stuk, totstandgekomen en afgegeven nadat de Rechtbank uitspraak had gedaan, valt het ernstig vermoeden te ontlenen, dat de Rechtbank, ware zij daarmee bekend geweest, de aanvrager van het hem tenlastegelegde zou hebben vrijgesproken.
5. Slotsom
Uit het vorenoverwogene volgt dat zich een omstandigheid voordoet als bedoeld in art. 457, eerste lid aanhef en onder 2°, Sv, zodat de aanvrage gegrond is en als volgt moet worden beslist.
6. Beslissing
De Hoge Raad:
Verklaart de aanvrage tot herziening gegrond;
Beveelt voorzover nodig de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van voormeld vonnis van de Rechtbank te Amsterdam van 25 maart 2003;
Verwijst de zaak naar het Gerechtshof te Amsterdam, opdat de zaak op de voet van art. 467, eerste lid, Sv opnieuw zal worden behandeld en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president C.J.G. Bleichrodt als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en H.A.G. Splinter-van Kan, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 23 augustus 2005.