ECLI:NL:HR:2005:AT5714
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Arrest van de Hoge Raad inzake cassatie door [Eiseres] tegen [Verweerder 1] en [Verweerster 2] over ontbinding van overeenkomst en vorderingen in vrijwaring
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 juni 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was aangespannen door [Eiseres] tegen [Verweerder 1] en [Verweerster 2]. De zaak had zijn oorsprong in een geschil over de ontbinding van een overeenkomst tussen [Eiseres] en [A] B.V., waarbij [Eiseres] werd gedagvaard door [A] B.V. voor de rechtbank te Amsterdam. [A] B.V. vorderde onder andere een verklaring voor recht dat de overeenkomst was ontbonden wegens ernstige tekortkomingen. De rechtbank heeft in een eerdere uitspraak de vordering tot oproeping in vrijwaring van [Verweerder 1] en [Verweerster 2] toegewezen, waarna [Eiseres] hen in vrijwaring heeft gedagvaard. De rechtbank heeft in een vonnis van 12 september 2001 de vorderingen van [Eiseres] afgewezen en de vordering van [Verweerster 2] in reconventie toegewezen. Hierop heeft [Eiseres] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 6 november 2003 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd, met uitzondering van de verhoging van de wettelijke rente die is afgewezen. Tegen dit arrest heeft [Eiseres] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft het cassatieberoep verworpen, waarbij de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad heeft [Eiseres] bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 359,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.