ECLI:NL:HR:2005:AT2971
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- J.P. Balkema
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot nader onderzoek in cassatie tegen veroordeling voor bezit vervalst reisdocument
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, waarbij de verdachte is veroordeeld voor het in bezit hebben van een vervalst reisdocument. De Hoge Raad behandelt het beroep dat is ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat mr. E. Jense. De zaak is ontstaan na een verzoek van de Advocaat-Generaal tot nader onderzoek naar de herkomst van het paspoort, dat door het hof is afgewezen. Het hof oordeelt dat de noodzaak voor dit onderzoek niet is aangetoond, wat door de Hoge Raad wordt bevestigd. De Hoge Raad concludeert dat het hof de juiste maatstaf heeft toegepast en dat het oordeel van het hof niet onbegrijpelijk is, gezien de gebrekkige motivering van de vordering tot nader onderzoek. De Hoge Raad verwerpt het beroep, omdat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden en er geen gronden zijn voor ambtshalve vernietiging van de bestreden uitspraak. Het arrest van de Hoge Raad is gewezen op 24 mei 2005, waarbij de vice-president en twee raadsheren betrokken waren.