ECLI:NL:HR:2005:AS5793
Hoge Raad
- Cassatie
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Cassatie over waterbezwaar en aanslag waterschapsomslag
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 9 september 2002, betreffende een aanslag in de waterschapsomslag van het Waterschap Hunze en Aa voor het jaar 1995. De aanslag, oorspronkelijk vastgesteld op ƒ 111.346, werd na bezwaar door de heffingsambtenaar gehandhaafd. Belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat het beroep gegrond verklaarde en de aanslag verlaagde tot ƒ 110.481 (€ 50.134,09). De uitspraak van het Hof is aan het arrest gehecht.
Belanghebbende heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof. Het Waterschap heeft een verweerschrift ingediend. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de argumenten van belanghebbende en de oordelen van het Hof. Het Hof had geoordeeld dat de percelen waterbezwaar opleveren, omdat neerslag leidt tot een piek in de waterafvoer, wat kosten met zich meebrengt voor het waterschap. Belanghebbende stelde dat de demping van de waterafvoer door de bergingsfunctie van de percelen dit niet zou onderbouwen.
De Hoge Raad oordeelt dat de oordelen van het Hof geen blijk geven van een onjuiste rechtsopvatting en dat zij voldoende gemotiveerd zijn. De klachten van belanghebbende falen, en de Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond. Tevens wordt er geen veroordeling in de proceskosten uitgesproken. Dit arrest is gewezen door de raadsheer L. Monné als voorzitter, en de raadsheren P.J. van Amersfoort en C.J.J. van Maanen, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma, en in het openbaar uitgesproken op 11 februari 2005.