ECLI:NL:HR:2005:AR8867
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- G.J.M. Corstens
- J.P. Balkema
- B.C. de Savornin Lohman
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van het onderzoek en de uitspraak door ontbreken pleitnota in hoger beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 22 februari 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem. De verdachte was eerder vrijgesproken van een tenlastelegging, maar was wel veroordeeld voor ontucht met zijn minderjarig stiefkind. De verdediging stelde dat de pleitnota, die door de raadsvrouwe was overgelegd tijdens de terechtzitting in hoger beroep, niet in de processtukken aanwezig was. Dit gebrek aan de pleitnota werd door de Hoge Raad als een ernstige schending van de procesorde beschouwd. De plaatsvervangend Procureur-Generaal had geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en verwijzing naar een aangrenzend gerechtshof voor herbehandeling van de zaak. De Hoge Raad oordeelde dat het ontbreken van de pleitnota zozeer in strijd was met een behoorlijke procesorde dat dit leidde tot nietigheid van het onderzoek en de uitspraak. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak, voor zover deze aan zijn oordeel was onderworpen, en wees de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem voor herbehandeling op het bestaande hoger beroep.