ECLI:NL:HR:2005:AR8208

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 februari 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C04/024HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Arrest inzake de Vereniging van Eigenaren Beach Park Texel en Dutch Livingstone Invest N.V. over wanprestatie en schadevergoeding

In deze zaak heeft de Vereniging van Eigenaren Beach Park Texel (hierna: VvE) cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te Amsterdam. De VvE had eerder een rechtszaak aangespannen tegen Dutch Livingstone Invest N.V. (hierna: Livingstone) en een verweerder, die niet verschenen was. De VvE vorderde onder andere schadevergoeding wegens wanprestatie van Livingstone met betrekking tot een overeenkomst over een perceel grond. De rechtbank te Amsterdam had in een eindvonnis van 11 september 2002 Livingstone veroordeeld tot het overdragen van bepaalde percelen aan de VvE en had ook de kosten van de procedure aan de zijde van de VvE toegewezen. Livingstone en de verweerder hadden de vorderingen bestreden, maar de rechtbank oordeelde in het voordeel van de VvE. Het gerechtshof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, maar veroordeelde de VvE in de proceskosten van de verweerder. Tegen deze beslissing heeft de VvE cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie verworpen, waarbij de Hoge Raad oordeelde dat de klachten van de VvE niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad heeft de VvE ook veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerder op nihil zijn begroot. Dit arrest is gewezen op 18 februari 2005 en is openbaar uitgesproken door vice-president P. Neleman.

Uitspraak

18 februari 2005
Eerste Kamer
Nr. C04/024HR
JMH/AT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
VERENIGING VAN EIGENAREN BEACH PARK TEXEL,
gevestigd te Texel,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. P.J.L.J. Duijsens,
t e g e n
[Verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot cassatie - verder te noemen: VvE - heeft bij twee exploten van 24 mei 1996 de vennootschap naar Antilliaans recht Dutch Livingstone Invest N.V., gevestigd op Curaçao, Nederlandse Antillen - verder te noemen: Livingstone - en verweerder in cassatie - verder te noemen: [verweerder] - gedagvaard voor de rechtbank te Amsterdam en gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
1. te verklaren voor recht dat Livingstone toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de met VvE gesloten overeenkomst met betrekking tot het perceel kadastraal aangeduid als TEXEL [001] alsmede Livingstone te veroordelen tot het vergoeden van de schade die VvE lijdt en verwacht te lijden vanwege deze wanprestatie, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
2. Livingstone te veroordelen tot nakoming van de overeenkomst met betrekking tot de overige percelen in dier voege dat Livingstone binnen tien dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis zal overgaan tot benoeming van een arbiter, gelijk VvE zal overgaan tot benoeming van een arbiter, welke arbiters gezamenlijk een derde arbiter zullen aanwijzen teneinde een prijs te bepalen bij vonnis zulks op straffe van een aan VvE te verbeuren dwangsom van ƒ 10.000,-- voor iedere dag dat Livingstone met de nakoming van dit vonnis in gebreke blijft;
3. Livingstone te veroordelen om binnen twee dagen na het uitspreken van het arbitraal vonnis als voornoemd de resterende percelen over te dragen aan VvE tegen betaling als vastgesteld in vorengenoemd arbitraal vonnis, zulks op straffe van een aan VvE te verbeuren dwangsom van ƒ l0.000,-- voor iedere dag dat Livingstone met de levering in gebreke blijft;
4. [verweerder] te veroordelen om binnen twee dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis het perceel grond, kadastraal aangeduid TEXEL [001], over te dragen aan VvE tegen een na deze overdracht door arbiters voornoemd vast te stellen bedrag, zulks op straffe van een aan VvE te verbeuren dwangsom van ƒ 10.000,-- voor iedere dag dat [verweerder] met de nakoming van dit vonnis in gebreke blijft;
5. [verweerder] te veroordelen tot vergoeding van de schade die VvE lijdt en verwacht te lijden vanwege de door hem jegens haar gepleegde onrechtmatige daad, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
6. Livingstone en [verweerder] te veroordelen in de kosten van deze procedure.
Livingstone en [verweerder] hebben de vorderingen bestreden.
De rechtbank heeft bij tussenvonnis van 8 juli 1998 een comparitie van partijen gelast en bij tussenvonnis van 19 mei 1999 een deskundigenonderzoek bevolen, drie deskundigen benoemd en taxatie van de zeven in rechtsoverweging 3 vermelde percelen verzocht. Na deskundigenbericht en enquête heeft de rechtbank bij eindvonnis van 11 september 2002:
- Livingstone veroordeeld om binnen twee weken na het uitspreken van dit vonnis de percelen [002 t/m 007] aan VvE over te dragen tegen de koopsom van ƒ 96.190,-- (€ 43.649,12) op verbeurte van een dwangsom van € 500,-- voor iedere dag dat Livingstone nalatig is om uitvoering te geven aan dit vonnis, met een maximum van € 50.000,--;
- Livingstone veroordeeld in de kosten van de procedure aan de zijde van VvE, waarbij is inbegrepen de door de VvE gedragen kosten van het deskundigenonderzoek;
- VvE veroordeeld in de kosten van de procedure van [verweerder];
- het vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en
- het meer of anders gevorderde afgewezen.
Tegen het eindvonnis heeft VvE alleen in de procedure tegen [verweerder] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Bij arrest van 27 november 2003 heeft het hof het vonnis waarvan beroep, voor zover tussen VvE en [verweerder] gewezen, bekrachtigd en VvE in de proceskosten van het hoger beroep aan de zijde van [verweerder] veroordeeld.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft VvE beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen de niet verschenen [verweerder] is verstek verleend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt VvE in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren H.A.M. Aaftink, als voorzitter, A.M.J. van Buchem-Spapens en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de vice-president P. Neleman op 18 februari 2005.