ECLI:NL:HR:2005:AR6185
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Arrest inzake de vernietiging van dwangbevelen door de Gemeente Haarlem
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 28 januari 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen DE HAARLEMSE GROND- EN HUIZEN EXPLOITATIE B.V. (hierna: HGHE) en de GEMEENTE HAARLEM. HGHE had de Gemeente gedagvaard voor de rechtbank te Haarlem met het verzoek om een aantal dwangbevelen, die door de Gemeente waren uitgevaardigd, nietig te verklaren of te vernietigen. Deze dwangbevelen betroffen invorderingskosten die door HGHE aan de Gemeente waren betaald. De rechtbank te Haarlem heeft op 16 oktober 2001 de vordering van HGHE afgewezen, waarna HGHE in hoger beroep ging bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof heeft op 21 augustus 2003 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd, wat HGHE noopte om cassatie aan te tekenen bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest geoordeeld dat de klachten van HGHE niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoefden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van HGHE verworpen en HGHE veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Gemeente zijn begroot op € 399,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris.
De uitspraak is gedaan door een collegiaal orgaan, waarbij de vice-president J.B. Fleers als voorzitter fungeerde. De uitspraak is openbaar uitgesproken door vice-president P. Neleman. Dit arrest is van belang voor de rechtsontwikkeling met betrekking tot de rechtsmiddelen in het civiele recht en de toetsing van dwangbevelen.