ECLI:NL:HR:2004:AR4484
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- Rechtspraak.nl
Cassatie over alimentatie en echtscheiding tussen partijen
In deze zaak heeft de vrouw, verzoekster tot cassatie, op 31 mei 2000 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank te 's-Gravenhage met het verzoek om echtscheiding van de man, verweerder in cassatie. Tevens verzocht zij om een uitkering tot levensonderhoud van ƒ 12.500,-- per maand. De man heeft het verzoek bestreden en verzocht om de alimentatieverplichting te beperken tot vijf jaar na de ontbinding van het huwelijk. De rechtbank heeft op 31 augustus 2001 de echtscheiding uitgesproken en de man veroordeeld tot een voorlopige alimentatie van ƒ 9.600,-- per maand. Op 21 januari 2003 heeft de rechtbank de alimentatie verhoogd naar € 5.672,25 per maand en het verzoek van de man om de alimentatie te limiteren afgewezen.
De man heeft tegen deze beschikkingen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof heeft op 5 november 2003 de man niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep tegen de beschikking van 31 augustus 2001 en de beschikking van 21 januari 2003 vernietigd, waarbij de alimentatie voor de vrouw werd vastgesteld op € 1.357,-- per maand, met een einddatum van 21 november 2013. De vrouw heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen de beschikking van het hof.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten van de vrouw niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de vrouw dan ook verworpen. Deze beschikking is gegeven door de vice-president P. Neleman als voorzitter en de raadsheren D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens en P.C. Kop, en in het openbaar uitgesproken op 24 december 2004.