ECLI:NL:HR:2004:AP4475
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Arrest Hoge Raad inzake PR Bouw B.V. en [verweerder] over ontslag en loonvordering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 19 november 2004 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen PR Bouw B.V. en [verweerder]. De eiseres, PR Bouw B.V., had in hoger beroep een vonnis van de rechtbank te 's-Hertogenbosch aangevochten, waarin de loonvordering van [verweerder] was toegewezen. De zaak begon toen [verweerder] in 1998 PR Bouw B.V. dagvaardde, waarbij hij stelde dat zijn ontslag nietig was en dat hij recht had op betaling van loon en wettelijke rente. De kantonrechter had in eerdere vonnissen de vorderingen van [verweerder] afgewezen, maar de rechtbank bekrachtigde in hoger beroep een deel van de vorderingen van [verweerder] en wees de loonvordering toe.
De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van PR Bouw B.V. in het cassatiemiddel niet konden leiden tot cassatie. De Hoge Raad stelde vast dat de aangevoerde klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de eerdere uitspraken van de lagere rechters heeft bevestigd en het beroep van PR Bouw B.V. heeft verworpen. Tevens werd PR Bouw B.V. veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 158,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris.
De uitspraak is gedaan door de vice-president R. Herrmann als voorzitter, samen met de raadsheren J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop en F.B. Bakels. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door vice-president P. Neleman.