ECLI:NL:HR:2004:AP1799

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 juni 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C03/036HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Arrest inzake conservatoire beslagen op bouwpercelen in Haarlemmermeer

In deze zaak hebben de eiseressen, B.V. Bouw- en Beleggingsmaatschappij B.M.S. en Muntendamsche Investeringsmaatschappij B.V., cassatie ingesteld tegen Scan Estate B.V. De zaak betreft een geschil over conservatoire beslagen die door de eiseressen zijn gelegd op bouwpercelen in het Airport Business Park te Schiphol Rijk. De eiseressen hebben in kort geding gevorderd om de gelegde beslagen op te heffen, maar de voorzieningenrechter heeft deze vordering op 6 mei 2002 afgewezen. Scan Estate heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 7 november 2002 het vonnis van de voorzieningenrechter heeft vernietigd en de vordering tot opheffing van de beslagen heeft toegewezen. Hierop hebben BMS en MIM beroep in cassatie ingesteld.

De Hoge Raad heeft op 18 juni 2004 het cassatieberoep verworpen. De in het middel aangevoerde klachten konden niet tot cassatie leiden, en de Hoge Raad oordeelde dat er geen nadere motivering nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft BMS en MIM bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 301,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de vice-president en een aantal raadsheren, en openbaar uitgesproken door raadsheer A. Hammerstein.

Uitspraak

18 juni 2004
Eerste Kamer
Nr. C03/036HR
JMH/AT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. B.V. BOUW- EN BELEGGINGSMAATSCHAPPIJ B.M.S.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
2. MUNTENDAMSCHE INVESTERINGSMAATSCHAPPIJ B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
EISERESSEN tot cassatie,
advocaat: mr. R.S. Meijer,
t e g e n
SCAN ESTATE B.V.,
gevestigd te Schiedam,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. D. Rijpma.
1. Het geding in feitelijke instanties
Verweerster in cassatie - verder te noemen: Scan Estate - heeft bij twee exploten van 2 april 2002 eiseressen tot cassatie - verder te noemen: BMS en MIM - in kort geding gedagvaard voor de voorzieningenrechter van de rechtbank te Haarlem en gevorderd bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
A. op te heffen het namens MIM op 21 december 2001 gelegde conservatoire beslag tot levering op het perceel bouwterrein, gelegen in het Airport Business Park Lijnden te Schiphol Rijk, gemeente Haarlemmermeer, met het daarop nieuw gebouwde bedrijfspand (magazijn met kantoor) en 49 parkeerplaatsen (Gebouw A), uitmakende een ter plaatse met kennelijke tekens afgebakend gedeelte ter grootte als na uitmeting vanwege het kadaster zal blijken, van het perceel kadastraal bekend als gemeente Haarlemmermeer, sectie [A] nummer [001] (afkomstig van de oude nummers [002 en 003], kadastraal bekend gemeente Haarlemmermeer, sectie [A]);
B. op te heffen het namens BMS op 21 december 2001 gelegde conservatoire beslag tot levering op het perceel bouwterrein, gelegen in het Airport Business Park Lijnden te Schiphol Rijk, gemeente Haarlemmermeer, met het daarop nieuw gebouwde bedrijfspand (magazijn met kantoor) en 41 parkeerplaatsen (Gebouw B), uitmakende een ter plaatse met kennelijke tekens afgebakend gedeelte ter grootte als na uitmeting vanwege het kadaster zal blijken, van het perceel kadastraal bekend als gemeente Haarlemmermeer, sectie [A] nummer [001] (afkomstig van de oude nummers [002 en 003], kadastraal bekend gemeente Haarlemmermeer, sectie [A]).
BMS en MIM hebben de vorderingen bestreden.
De voorzieningenrechter heeft bij vonnis van 6 mei 2002 de gevraagde voorziening geweigerd.
Tegen dit vonnis heeft Scan Estate hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Bij arrest van 7 november 2002 heeft het hof het bestreden vonnis vernietigd en, opnieuw rechtdoende, de vordering tot opheffing van de gelegde conservatoire beslagen alsnog toegewezen.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof hebben BMS en MIM beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Scan Estate heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor BMS en MIM mede door mr. F.E. Vermeulen, advocaat bij de Hoge Raad.
De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt BMS en MIM in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Scan Estate begroot op € 301,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president P. Neleman als voorzitter en de raadsheren O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop en E.J. Numann, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A. Hammerstein op 18 juni 2004.