ECLI:NL:HR:2004:AO7571
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- A. Hammerstein
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over wijziging alimentatie na echtscheiding en de behoefte van de vrouw
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 4 juni 2004 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over de wijziging van alimentatie na een echtscheiding. De man, verzoeker tot cassatie, had een verzoek ingediend bij de rechtbank te 's-Gravenhage om de alimentatie die hij aan de vrouw, verweerster in cassatie, moest betalen te verlagen naar nihil, met als argument dat de vrouw geen behoefte meer had aan alimentatie. De rechtbank had eerder in 1995 de alimentatie vastgesteld op ƒ 2.927,-- per maand, en de man stelde dat deze bijdrage niet meer aan de wettelijke maatstaven voldeed. De rechtbank te Dordrecht had in 2002 de alimentatie verlaagd naar ƒ 661,45 per maand, maar de vrouw ging in hoger beroep. Het gerechtshof te 's-Gravenhage vernietigde de beschikking van de rechtbank en wees het verzoek van de man af. De man ging in cassatie, maar de Hoge Raad oordeelde dat de klachten van de man niet gegrond waren. De Hoge Raad bevestigde dat de vrouw nog steeds behoefte had aan een aanvullende bijdrage van de man, ondanks haar eigen inkomsten. De Hoge Raad oordeelde dat de argumenten van de man onvoldoende waren onderbouwd en dat de eerdere beslissingen van de lagere rechters in overeenstemming waren met de wettelijke maatstaven. De Hoge Raad verwierp het beroep van de man en bevestigde de beslissing van het hof.