ECLI:NL:HR:2004:AO2299
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Arrest van de Hoge Raad inzake Dimitra Special Shipping S.A. tegen Corus Staal B.V. over vordering tot betaling
In deze zaak heeft de vennootschap naar vreemd recht, Dimitra Special Shipping S.A., gevestigd te Piraeus, Griekenland, cassatie ingesteld tegen Corus Staal B.V., gevestigd te Velsen. De zaak begon met een dagvaarding door Corus op 19 november 1993, waarin zij vorderde dat Dimitra een bedrag van ƒ 1.174.545,92 zou betalen, vermeerderd met wettelijke rente. Dimitra heeft de vordering bestreden, maar de rechtbank te Haarlem heeft op 23 januari 2001 de vordering toegewezen. Dimitra ging in hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 16 januari 2003 het vonnis van de rechtbank bekrachtigde. Hierop heeft Dimitra beroep in cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier, die strekte tot verwerping van het beroep, in overweging genomen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en Dimitra veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Corus zijn begroot op € 766,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar gedaan op 2 april 2004 door raadsheer A. Hammerstein.