ECLI:NL:HR:2004:AO1294
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Teruggaaf van omzetbelasting en de toepassing van de globalisatieregeling bij bedrijfsovername
In deze zaak gaat het om het verzoek van Fiscale Eenheid X B.V. om teruggaaf van omzetbelasting over het tijdvak 1997. De Inspecteur heeft dit verzoek gedeeltelijk ingewilligd, maar de belanghebbende was het niet eens met de beslissing van het Hof, dat het beroep ongegrond verklaarde. De belanghebbende heeft cassatie ingesteld tegen deze uitspraak. De zaak betreft de toepassing van de Wet op de omzetbelasting 1968 en de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968, met name de artikelen die betrekking hebben op de overdracht van een onderneming en de margeregeling voor gebruikte goederen.
De Hoge Raad oordeelt dat de bepalingen van de Wet en de Richtlijn van toepassing zijn op de overdracht van een voorraad marge-auto's bij de overname van een onderneming. Het Hof heeft geoordeeld dat de overdrager en de overnemer in dit geval niet als afzonderlijke entiteiten kunnen worden beschouwd, wat betekent dat de overnemer de inkoopprijs van de overgedragen goederen niet kan aanmerken als marge-inkopen. Dit oordeel is in lijn met de Europese regelgeving, die stelt dat bij de overdracht van een algemeenheid van goederen geen levering van goederen plaatsvindt.
De Hoge Raad heeft de argumenten van de belanghebbende, die stelde dat hij ongerechtvaardigd benadeeld werd door de toepassing van de globalisatieregeling, verworpen. De Hoge Raad concludeert dat de overdrager geen ongerechtvaardigd voordeel geniet en dat de overnemer geen ongerechtvaardigde schade lijdt. De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.