ECLI:NL:HR:2004:AO0973
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over ontvankelijkheid en belastingaanslagen in kort geding
In deze zaak hebben de Tuinders, bestaande uit meerdere eisers waaronder KLEIN WESTLAND B.V. en TUINBOUWBEDRIJF VERSA B.V., de Staat der Nederlanden en de Ontvanger van de Belastingdienst in cassatie gedagvaard. De Tuinders vorderden in kort geding dat de Ontvanger zich zou onthouden van het versneld invorderbaar verklaren van een belastingaanslag. De rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft de vordering van de Tuinders afgewezen en hen in reconventie veroordeeld tot nakoming van informatieverplichtingen uit de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen. De Tuinders hebben hoger beroep ingesteld, maar het gerechtshof heeft de vonnissen van de rechtbank bekrachtigd. Hierop hebben de Tuinders cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft zich gebogen over de ontvankelijkheid van het cassatieberoep. De Staat en de Ontvanger hebben aangevoerd dat de Tuinders niet-ontvankelijk zijn in hun cassatieberoep, omdat zij in verschillende gedingen bij één dagvaarding beroep in cassatie hebben ingesteld. De Hoge Raad heeft echter geoordeeld dat de goede procesorde in dit geval niet in de weg staat aan de ontvankelijkheid van het cassatieberoep, omdat de zaken in de feitelijke instanties steeds samen zijn behandeld.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het cassatieberoep verworpen en de Tuinders in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De uitspraak is gedaan door de vice-president R. Herrmann en de raadsheren J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop en E.J. Numann, en openbaar uitgesproken door vice-president P. Neleman op 27 februari 2004.